top of page
iStock-1039244742.jpg

LEEFOMGEVING & WONEN

Wonen in een gezonde, groene, klimaatbestendige leefomgeving

​

Nederland mist een geïntegreerde visie op de leefomgeving. We doen maar wat. Er is bijvoorbeeld geen nationale visie ontwikkeld om de ruimte in onze steden zo te benutten dat we deze ontwikkelen en inrichten tot een klimaatbestendige, leefbare ruimte. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt grotendeels bij de decentrale overheden. Ondertussen is er een enorme woningcrises, woont een generatie potentiële starters noodgedwongen nog bij hun ouders, lopen woningbouwprojecten vertraging op, zijn de huur- en koopwoningen onbetaalbaar en komt het flexwonen niet van de grond.

Splinter wil dat het roer om gaat. Er moeten komende 10 jaar maar liefst 1 miljoen huizen gebouwd worden om de woningnood op te lossen. Daarbij mogen we de kwaliteit en het woongenot niet uit het oog verliezen. Iedereen heeft namelijk behalve een betaalbaar dak boven het hoofd, ook recht op een gezonde leefomgeving: schone lucht om te ademen, schone bodem om op te leven en schoon water om te drinken. Dus naast betaalbaarheid en daadwerkelijk duurzaam bouwen moet gekeken worden naar een gezonde, groene en klimaatbestendige leefomgeving.

​

Betaalbaar wonen is een grondrecht

 

  • Niemand hoeft op straat te slapen. Bed, bad, brood voorzieningen blijven open en worden uitgebreid. Mensen krijgen hulp met hun problemen en uitzicht op een permanent dak boven hun hoofd. Het verkrijgen van een briefadres dient vereenvoudigd te worden.

​

  • Iedereen heeft recht op een betaalbaar dak boven het hoofd. Of het nu gaat om ouderen of jongeren, om studenten, starters, doorstromers of (jonge) gezinnen, of alleenstaanden. Huisvesting is een grondrecht en een duidelijke overheidstaak die daadkrachtig opgepakt dient te worden.

​

  • We gaan voortvarend aan de slag met het bouwen van studentenwoningen: Splinter wil dat er in 2030 minimaal 75.000 nieuwe studentenwoningen zijn gebouwd. Hiervoor moeten bindende afspraken worden gemaakt met studentensteden. Ook worden tijdelijke woningen ingezet en leegstaande bedrijven verbouwd om de woningnood onder studenten terug te dringen.

​

  • De Rijksoverheid moet toezien op het divers bouwen voor verschillende levensfasen en verschillende behoeften, met een optimale mix tussen betaalbare (sociale) huur- en koopwoningen. Decentrale overheden moeten geholpen worden om de juiste gebieden aan te wijzen voor versnelde woningbouw en nieuwe wijken, ook met het oog op klimaatadaptatie. Publiek-private samenwerking kan ervoor zorgen dat snel succesvolle projecten worden opgestart. 

​

  • Huishoudens krijgen steeds meer te maken met hogere energielasten en kosten voor levensonderhoud. De overheid pakt haar rol in het tegengaan van energie-armoede door woningen, zowel huur als koop, te helpen isoleren en te verduurzamen. Verhuurders worden gestimuleerd om haast te maken met het energiezuinig maken van hun woningvoorraad. Het nieuwe Europese sociaal klimaatfonds, jaarlijks 100 miljoen) en de opbrengsten van het veilen van emissierechten in de gebouwde omgeving, jaarlijks 2 miljard, worden hiervoor ingezet.

​

  • De kostendelersnorm komt te vervallen, waardoor mensen in hetzelfde huishouden ook recht houden op een bijstandsuitkering. Daardoor kunnen kinderen van 27 jaar en ouder langer bij hun ouders blijven wonen als zij op korte termijn nog geen betaalbare eigen woning hebben kunnen vinden.

​

  • Splinter eist in elk nieuwbouwproject een aandeel van minimaal 30% sociale huur. Per gemeente zetten wij in op, waar dit nog niet geval is, het toegroeien naar een totale woningvoorraad met minimaal 30% sociale huurwoningen. Dit betekent dat bij de nieuwbouw van sociale huurwoningen, gemeenten met minder dan 30%sociale huur in de bestaande woningvoorraad moeten bijdragen aan dit streven. Het oplossen van het woningtekort heeft prioriteit. Parkeernormen en welstandeisen mogen niet in de weg zitten van creatieve oplossingen, zoals het optoppen, uitbuiken en splitsen van gebouwen om meer woningen te realiseren.

​

  • Zo lang er geen goede vervanging is voor het gehele toeslagensysteem, blijft de huurtoeslag behouden.
     

Integrale visie op de bebouwde leefomgeving

 

  • Splinter wil in het Ministerie van Volkshuisvesting & Ruimtelijke Ordening, een minister van Ruimtelijke Ontwikkeling en Leefomgeving en bouwmeesters die gezamenlijk een geïntegreerde visie creëren op het ontwikkelen van klimaatbestendige, leefbare groene steden.

​

  • De zorgplicht voor de kwalitatieve groene ruimte wordt in landelijk beleid verankerd en niet slechts overgelaten aan decentrale overheden. In plaats van een inspanningsverplichting gaan we werken met afrekenbare doelstellingen. Er wordt gekozen voor groene corridors, er wordt ruimte gegeven aan biodiversiteit, stadslandbouw, en volkstuinen worden beschermd en het algemeen belang wordt in alle plannen voor ogen gehouden in plaats van keer op keer te kiezen voor versteende bouwprojecten.

​

  • Laten we het ambitieuze beleidsvoornemen ‘bodem en water sturend voor ruimtelijke ontwikkeling’ echt in praktijk brengen. Solidariteit met toekomstige generaties vergt nu scherpe keuzes op het gebied van klimaat en biodiversiteit. Dat betekent ook dat we plannen in regionaal verband moeten heroverwegen en waar nodig herzien. 

​

Elk gebied behoeft een eigen aanpak, of het nu dalende veenlandschappen, verziltende kustgebieden, of verdrogende zandgebieden of rivieren met zowel hoge als lage waterstanden zijn. Dat vraagt om gecombineerde technologische én ruimtelijke oplossingen die de kracht van natuurlijke processen benutten in plaats van er tegen te werken.

​

  • De verbouwing van Nederland vraagt om een sterke ontwerpsector en stevig opdrachtgeverschap. Splinter wil de rol van architecten in het bouwproces in de wet verankeren.

​

  • Biobased en natuurinclusief bouwen neemt een vlucht. Daar is Splinter heel blij mee en een groot voorstander van. Splinter wil ervoor zorgdragen dat deze vormen van bouwen structureel gehanteerd worden en ook normstellend worden.

​

  • Binnenstedelijk bouwen waar dat kan wordt aangemoedigd, maar mag niet ten koste gaan van het binnenstedelijk groen en de leefbaarheid. Duurzame bouwprojecten op landbouwgrond met een lage biodiversiteit en lage natuurwaarde is niet langer taboe, mits er veel aandacht is voor bomen en hoogwaardig groen.

​

  • De kosten voor het financieren van de bouw van woningen loopt op. We moeten woningcorporaties de ruimte geven om te investeren in betaalbare woningen. De belastingdienst moet ze niet langer zien als een ondernemer, maar als een belangrijke maatschappelijke organisatie. Zo kan de vennootschapsbelasting weg en moet de renteaftrek niet worden beperkt.

​

  • Brede welvaart en omgevingskwaliteit zijn te lang ondergesneeuwd door sectorale functionaliteit en financieel rendement. Het Rijk moet daarom het goede voorbeeld geven aan andere overheden en partijen. Inspireer door bij aanbestedingen te vragen om biobased, natuurinclusief en fossielvrij. Bevorder biodiversiteit door een lagere pacht te vragen bij duurzaam bodembeheer. Dicht het gat tussen de sociale sector en de woningmarkt door juridische en financiële condities te bieden voor nieuwe collectieve woonvormen.

​

  • Er komt meer prioriteit voor veilig buitenspelen en groene speelplaatsen voor onze kinderen.

  •  

  • Stadslandbouw en betaalbare volkstuintjes worden gestimuleerd. Exorbitante huurverhogingen voor deze tuintjes door gemeenten wordt verboden.

woon1
woon2
woon3
bottom of page